Dierama sertum
Dierama sertum is nauw verwant aan Dierama pallidum, maar heeft meer gevlekte en fijn geaderde schutbladeren en de bloemen staan minder dicht op elkaar.
Hij groeit in grasland langs de beboste kustlijn van Zululand en verder landinwaarts in stenig grasland langs de grens van de uitgestrekte bossen van Ngoye Mountain (Zuid-Afrika). Veel van dit grasland is echter verdwenen door hout- en suikerplantages.
Algemeen | Plant bestaat uit een enkele stengel of enkele stengels bij elkaar. |
Bladeren | Weinig wortelbladeren, 55 - 85 cm lang, 3 - 5 mm breed, verkorte beschermbladeren 4. |
Bloem | Cremewit tot heel lichtgeel, 16 - 19 mm. Er zijn ook bijna witte tot heel lichtroze planten ontdekt met iets grotere bladeren en bloemen. |
Bloemstengel | 70 - 125 cm, bloeiwijze hangend. |
Bloeiperiode | Tussen mei en januari (zuidelijk halfrond). |
Dierama sertum may be distinguished from its close ally Dierama pallidum by its flecked and more delicately veined bracts and less crowded flowers.
It grows in grassland dissecting the patches of coastal forest along the Zululand coast and further inland in rocky grassland bordering the great forests of Ngoye Mountain (South Africa). Most of the grassland has disappeared under timber and sugar.
General | Plant consisting of a single stem or a few tufted together. |
Leaves | Radical leaves few, 55 - 85 cm long x 3 - 5(-9) mm, reduced sheating leaves 4. |
Perianth | Creamy white to palest yellow, 16 - 19 mm. There were also almost white to palest pink specimens recorded. |
Flowering stem | 70 - 125 cm, inflorescences pendulous. |
Flowering period | Between May and January (southern hemisphere). |